Een emmer aan een touw
Zoeft door de lucht
En het touw door de handen
Je moet het touw wél vasthouden!
De emmer deint buiten bereik
 
Een schepnet veegt door het water
Dat steeds troebeler wordt
Leeft hier iets in die donkere wereld?
In een loeppot verwordt de kleine mijt
Tot een vervaarlijk monster
 
Zittend in het droge gras
Zoekkaart in de hand en ook die enge pot
Laat maar vrij die mijt, laat maar gaan
Net als de larve, het dikkopje en de vijf opgeviste zaden
– terug in de diepte
 
Opgewonden stemmen
Over vondsten die al weer zijn verdwenen
Daar waar ze horen, in de sloot
De emmer is weer op-gehengeld
Het water golft zachtjes tegen het ruisende riet

Geerte van den Wildenberg
Beheerder van Porre’s Toen en de Worteltuin in Alteveer (Groningen)